De KNVB heeft ingesteld dat bij de O8-O10 geen standen worden bijgehouden en de nadruk ligt op plezier in het spel. Naast het veld lopen spelbegeleiders mee die zo min mogelijk ingrijpen, alleen verduidelijken waar nodig/gewenst. De spelers weten zelf vaak heel goed wie een uit-bal mag nemen.
Bij de O11-O12 wordt het scheidsrechter genoemd, maar de nadruk ligt nog steeds op het begeleiden van plezierig spelen en bevorderen van zoveel mogelijk -snel- spelen. Het spel komt zo min mogelijk stil te liggen door bijvoorbeeld zelfpasses en indribbelen (net als bij O8-O10).
Bij de O13-O15 is sinds dit jaar de snelle spelwijze overgenomen als onderdeel van een pilot. Dus ook indribbelen of inschieten in plaats van ingooien.
Bij de O16-O19 en senioren gelden de regels zoals we die al jaren kennen.
Voor alle leeftijden heeft de KNVB heel heldere infographics gemaakt met de belangrijkste regels en speelduur van de wedstrijden. Zie hier voor de link naar de pagina met deze infographics.